Over mij

Mijn foto
Hallo, ik ben Evy. Momenteel ben ik laatstejaarsstudente aan Odisee te Sint-Niklaas. Om mijn persoonlijke muzische vorming te volgen, is deze blog opgestart. Kijk gerust eens rond en veel plezier!

zaterdag 17 januari 2015

Gedichtenpad - Eerste leerjaar

Tijdens mijn stage in het eerste leerjaar ben ik met de kinderen op gedichtenpad geweest door en rond de school. Hieronder je het verloop en de gedichten bekijken, samen met enkele foto's. Om de kinderen warm te maken had ik al een klein tipje van de sluier opgelicht voor het middageten. Vlak voor we op pad gingen vertelde ik wat we gingen doen, we gaan een pad van gedichten volgend door en rond de school. Ze waren meteen enthousiast, sommigen keken de kat nog even uit de boom.

1. De olifant


Hans en Monique Hagen

OLIFANT

ik knip iets
heel ergs moeilijks uit
het wordt misschien
een olifant
o nee toch niet
de slurf valt eraf
het wordt een krokodil
of is het een giraf

Ik knip iets
veels te moeilijks uit
het wordt misschien
geen dier
het lijkt misschien
wel nergens op
ik maak een prop papier

Locatie: Kopieerlokaal

Muzische verwerking: kinderen mogen een blaadje kiezen en een figuur uitscheuren. Het is de bedoeling dat de kinderen al scheurend tot een 'dier' komen. Dit kan ook met krantenpapier uitgevoerd worden.

2. Onze Auto

uit het boek 'Zullen we een bos beginnen' van J. Robben en B. Leroy

Onze auto

Deze zomer
knipoogde onze auto
vrolijk naar straathoeken.

Kuste op parkeerplaatsen met paaltjes
en zwaaide met zijn ruitenwissers
naar dingen die hij door de regen niet kon zien.

Maar sinds de kampeerspullen
weer zijn opgeborgen,
staat onze auto eenzaam in de garage.
Wil hij niet meer starten en hoest
als iemand het sleuteltje draait.

Druppelt traantjes olie
op de grond tussen de harken,
de opblaasboot en de jerrycan.

Zonder  dat we het merkten,
werd hij na de zomer hand in hand
door Frankrijk en Zwitserland,
tot over zijn zijspiegels verliefd
op onze caravan.

Locatie: Colruyt parking over de school

Muzische verwerking: Nadat de juf het gedicht hardop had voorgelezen, hoorde ze eerst bij de kinderen waarover het gedicht gaat. Ze vonden het een schattig gedichtje. Vervolgens moesten de kinderen samen met een partner een naam verzinnen voor een auto. Nadat ze per duo de namen hadden gezegd, moesten ze als volgende opdracht nog een naam verzinnen voor de caravan. Ze moesten er wel op letten dat de twee namen een beetje bij elkaar paste. Er kwamen verrassende namen uit zoals Jan en An (auto is meisje en caravan is de jongen), ...

3. Brandweerwagen

uit het boek 'Ik snap het' van W. Wilmink

De Brandweerwagen (voor Wobke)

Mi-a-oetje hoorde loeien:
waren dat verdwaalde koeien?
Nee, het was dat stofzuig-ding,
dat daar door haar kamer ging.

Ze stond eerst nog naar dat nare
boze apparaat te staren
en toen is ze weggevlucht.
Veilig in de buitenlucht.

Mi-a-oe is aangekomen
bij de hoogste van de bomen,
bij een hele hoge iep,
waar ze snel naar boven liep.

Heel hoog boven alle daken
zat ze zich daar bang te maken,
piepte met een smalle mond:
'hoe kom ik weer op de grond?'

Alle kinderen van de buren
stonden naar die boom te turen:
naar dat katje, klein en bang,
dat daar zat, al urenlang.

Weet je wat ze daar toen zagen?
O, zo'n mooie brandweerwagen,
en daar schoof een ladder uit,
met een stofzuigergeluid.

Toen de brandweer haar wou pakken,
toen liet Mi-a-oe zich zakken
en ze klauwde langs de stam
tot ze zelf beneden kwam.

Locatie: brandweerkazerne naast de school

Muzische verwerking: De juf heeft eerst nagevraagd bij de kinderen wanneer ze het doorhadden dat het gedicht over een katje ging. Daarna werd de vraag gesteld wat dit gedicht met de brandweer heeft te maken. De juf vroeg aan de kinderen om een sirene na te doen, daarna was de juf het katje, naargelang het katje hoger of lager klom, moest het geluid van de sirene respectievelijk luider of zachter klinken. (hierbij met dank aan de brandweerkazerne voor de onverwachtse sirene die afging)

4. Er lopen overal riviertjes onder mijn vel

www.poezieweek.com/school
uit De groeten van Superguppie van E. van de Vendel

Er lopen overal riviertjes onder mijn vel

Er lopen overal
riviertjes onder mijn vel.
En ik zie die blauwe adertjes wel,
maar ik voel ze niet.
ik hoor ze niet,
Ik weet niet waarheen ze stromen.
mijn lijf is een terrein
waar ik zelf niet kan komen.
Mijn lijf is een geheim
met een huid,
hier aan de buitenkant.
Ik kan niet bij mezelf naar binnen.
Ik ben mijn eigen
buitenland.

Locatie: EHBO-lokaal school

Muzische verwerking: alvorens aan de verwerking te beginnen heeft de juf eerst het gedicht verduidelijkt samen met de kinderen (dit door ze effectief naar hun armen te laten zien).
Daarna werd er aan de kinderen gevraag om een eigen lichaamsdeel anders te benoemen zoals de dichter deed (aders zijn rivieren). Ik stond versteld van de fantasie van de kinderen. Sommigen kwamen met heel originele ideeën zoals benen zijn wortels van een boom, armen zijn lampen,...

5. Het postkantoor


uit Speeltuin, N. Kuiper

Postkantoor

Het postkantoor is net
een speelplaats. lekker rennen
tussen alle mensen door, pennen
aan een touwtje, kaartjes
die je kunt vullen
en achter het loket
nog veel meer spullen;
jammer dat je daar niet bij
kunt komen - netjes in de rij
moet je wachten op je beurt.

In de schuifla leg je
wat je af wilt geven
en wat je betalen moet. Weg
is alles. En terug
krijg je wat je vraagt.
Zegels worden afgescheurd,
kaarten volgestempeld. Vlug
het wisselgeld. En dan: opzij
voor wie volgt in de rij.


Locatie: speelplaats (origineel was het plein voor het postkantoor voorzien, maar wegens het dreigende weer is dit niet doorgegaan)

Muzische verwerking: (Rollenspel)
De werden verdeeld in groepjes van vier of vijf en kregen de opdracht om een klein toneeltje te voeren dat aansloot bij het gedicht. Daar de speelplaats over huisjes en banken bestaat hadden de kinderen mogelijkheden genoeg om hiervan 'hun' postkantoor te maken.

6. Lepeltjessonet

www.poezieweek.com/school
van T. van Lieshout

We zeggen het nou voor de laatste keer, hoor,
want we hebben er genoeg van!
Wij hoeven heus niet chic
lepeltje-lepeltje in zo'n
deftige cassette alsof we
duur zilver zijn, maar we
willen niet ordinair op één
hoop gegooid worden met
de vorken. Als wij in de
la geen vak voor onszelf
mogen, dan geven wij er
de voorkeur aan om bij de
messen te liggen! op tafel
liggen we toch ook nooit
naast de vorken? Nou dan.

Locatie: eetzaal lagere school

Muzische verwerking: Het gedicht werd eerst verder uitgeklaard door woorden zoals 'cassette' en 'ordinair' nader te verklaren. Daarna mocht één leerling de tafel dekken voor één persoon. Hierna werd er aan de leerlingen gevraagd om zich in de plaats te stellen van een van de voorwerpen die op tafel stonden. Hierrond moesten ze zich voorstellen zonder te verklappen wie ze waren, de anderen konden dan raden wie ze waren.

7. Op naar de top

www.poezieweek.com/school
van R. Wille

ik
ik ren
ik ren rap
ik ren rap naar
ik ren rap naar de
ik ren rap naar de top
ik ren rap naar de top toe
ik ren rap naar de top
ik ren rap naar de
ik ren rap naar
ik ren rap
ik ben
moe.

Locatie: zijkant speelplaats (origineel de brug bij de kleuters maar daar zij aan het spelen waren was dit niet mogelijk)

Muzische verwerking: De kinderen merkten de structuur van het gedicht snel zelf op. De opdracht luidde dan ook om zelf zo een gedicht te maken, eerst in groep, daarna met heel de klas. Dit werd onder andere:

ik
ik eet
ik eet 's morgens
ik eet 's morgens boterhammen
ik eet 's morgens boterhammen met
ik eet 's morgens boterhammen met kaas
ik eet 's morgens boterhammen met kaas en
ik eet 's morgens boterhammen met kaas en choco
ik eet 's morgens boterhammen met kaas en
ik eet 's morgens boterhammen met kaas
ik eet 's morgens boterhammen met
ik eet 's morgens boterhammen
ik eet 's morgens
ik eet
niet meer
vandaag.


8. Muziek maken

uit het boek 'Speeltuin' van N. Kuiper

Als ik enge muziek wil maken,
denk ik meestal aan spoken en draken;
daar griezel ik altijd zo van.

Dan sla ik twee deksels tegen elkaar:
jongens pas op, jullie zijn in gevaar.

Ik trommel zo hard als ik kan.
ik kras met een stok
over een rasp en een blok.
Ik schud met een bus vol met stenen.
ik fluit en ik gil,
ik klap -
het is stil;
de enge muziek is verdwenen.

Bij huppelmuziek pak ik bellen;
ik rinkel ze rond om mijn voet.

Zou jij me eens willen vertellen,
wat jij bij het huppelen doet?

Locatie: turnzaal lagere school

Muzische verwerking: De leerkracht klapte in haar handen (traag, snel, gewoon,...) en floot daarbij (hoog, laag). Naargelang de geluiden moesten de leerlingen rondhuppelen door de turnzaal. Als de leerkracht stopte, moesten de leerlingen ook blijven staan. Daarna moesten ze naargelang een gevoel rondhuppelen (heel blij, gewoon, ...).

Evaluatie van het gedichtenpad:

Als afsluiter van de namiddag mochten de kinderen een tekening maken over een gedicht dat ze leuk vonden. Tijdens deze afsluiter had ik 8 enveloppen (verschillend van kleur) vooraan aan het bord gehangen, deze stonden voor de 8 gedichten die aan bod waren geweest. Elke leerling kreeg drie smiley's (heel blij, gewoon, verdrietig). Ze mochten deze in drie enveloppen steken waarbij ze de activiteit van een gedicht heel leuk, gewoon of niet leuk vonden.

Reflectie:
Naarmate het gedichtenpad vorderde, hoe enthousiaster de kinderen werden. Ze vertelden me achteraf dat ze dit nog nooit hadden gedaan en het wel leuk vonden. Qua timing had ik goed ingeschat hoeveel tijd we per gedicht konden besteden. Ik vond het zelf een leerzame uitdaging en het zal tevens iets zijn wat ik in de toekomst nog zal uitwerken.

Inspiratie 10 - HetPaleis

HetPaleis in Antwerpen geeft veel workshops aangaande muzische vorming met kinderen. Daar ik geabonneerd ben op hun nieuwsberichten, is dit ookz eker een inspiratiebron voor muzo in het lager onderwijs. Eén van de activiteiten die gemakkelijk zijn uit te voeren in een klas, is 'drama in de klas'. Meestal wordt er hierbij een decor of verkleedmaterialen gebruitk maar volgens HetPaleis is dit perfect uitvoerbaar met eigen materiaal van de klas zoals stoelen, banken, ... Dit inspireerde mij om de kinderen een toneel te laten maken waarbij ze enkele dingen mogen gebruiken vanuit de klas. Ik kijk uit naar de 'uitvindingen' van de kinderen!

Inspiratie 9 - Dansdate

Daar ik zelf graag van dansen hou, keek ik wekelijk naar het programma van Dansdate. In een bepaalde week moesten Eric en Bieke een soort Afrikaanse dans uitvoeren. Dit bracht me op het idee dat dit wel leuk zou zijn om eens met kinderen te doen. Er wordt veel gebruik gemaakt van Djembe in scholen. Hiervan zou een combinatie gemaakt kunnen worden dat een deel van de klas de muziek verzorgt en de andere kinderen 'vrij' kunnen dansen in Afrikaanse stijl. Dit kan nog verder uitgebreid worden met het maken van Afrikaanse maskers. Lijkt me een leuk idee om aan kinderen te geven.

Inspiratie 8 - Stagescholen

In mijn huidige stageschool heb ik nog een bredere kijk op mogelijkheden verkregen van muzische activiteiten. Onder andere de klasoverschrijdende muzische ateliers waren helemaal nieuw voor mij. Daar alle kinderen samen kunnen werken, lijkt me dit toch ook zeker iets om uit te proberen in een andere school.

In mijn vorige stageschool, hadden de kinderen een echte biljarttafel gemaakt (3e graad). De resultaten waren adembenemend en waren afgewerkt tot in de kleinste details. Dit zal ook iets zijn wat ik zeker meeneem naar de praktijk.

Inspiratie 7 - Piramide Die Keure

Op onderstaande link kan je tal van muzische projecten vinden, een ware inspiratiebundel!

www.educatief.diekeure.be/muzischevorming/?ID=253

Inspiratie 6 - Workshop percussie / Workshop Marian Lesage / Workshop Media

Vorig jaar heb ik een workshop gevolgd van het maken van muziek met recyclagemateriaal (percussie). Het kan fijne geluiden teweeg brengen waardoor dit zeker op mijn todo-lijstje staat om zelf uit te voeren. Het was een superfijne ervaring!


Daarnaast heb ik ook nog een algemene workshop aangaande muzische vorming gevolgd bij Marian Lesage. Deze was heel verrijkend voor mij. het heeft me doen beseffen dat je moet doen en niet teveel moet nadenken. Er waren enkele activiteiten bij die me zeker geïnspireerd hebben zoals het blindelings overschilderen van een voorwerp, elkaars portret tekenen zonder naar het blad te kijken, een figuurtje maken met stukjes hout en dan een paar plaatsen opschuiven en daar verder werken,...




De workshop media, fotografie, heeft toch ook wel enige ideeën doen ontstaan om te gebruiken in het lager onderwijs. Onder andere de combinatie van twee beelden vastleggen. In de klas kan dit onder andere gebeuren door de kinderen zelf een combinatie te laten maken, dit is dan vooral geschikt voor een derde graad. Toch ook zeker het proberen eens waard!



Inspiratie 5 - Kerstcadeau

Tijdens de feestdagen hebben mijn kinderen een poppenkast als cadeau gekregen. Dit deed me verder denken. Waarom zien we dit niet meer zoveel in de scholen? De kinderen uit de grotere klassen zouden een verhaal kunnen schrijven en uitbeelden met een poppenkast voor jongere kinderen. Nog verder bedacht ik dat het zelfs mogelijk is om de kinderen hun eigen poppen te laten maken... Zeker een idee dat ik in de toekomst wil uitproberen.

Inspiratie 4 - Kamishibaï

Vorig jaar in de opleiding moesten we een eigen Kamishibaï opstellen. Dit had verbazingwekkend veel succes bij de kinderen. Met mijn stageklas ben ik er ook mee in aanraking gekomen toen we met de klas op bezoek gingen naar de bibliotheek. Als aflsuiter werd er een spannen verhaal voorgelezen aan de hand van een heel boeiende kamishibai. Sindsdien is het een echte bron van inspiratie geweest om in de toekomst zelf ook gebruik te maken van deze Kamishibaï's. Hieronder enkele platen van de zeflgemaakte kamishibaï.





Inspiratie 3 - Planckendael

Voor mijn keuzestage ben ik veel in Planckendael geweest. Ik haalde inspiratie voor muzo op uit één van hun affiches. Daarop staat een kind afgebeeld waarvan de helft van het gezicht een dier is. Ik vond dit wel een leuk idee om zelf eens in de klas uit te voeren. Dit kan zeker en vast een leuke opdracht zijn voor de eerste graad al, dit door middel van een foto van zichzelf en een afbeelding van een dier. In een derde graad kunnen de kinderen dan zelf al een dier er bij tekenen om de moeilijkheidsgraad te verhogen.


Een voorbeeldje (beeld is van slechtere kwaliteit):



Inspiratie 2 - Centraal Sation Antwerpen

Een tijdje geleden was ik nog eens in het Centraal Station. Ik werd aangetrokken door de foto's en woorden die in de inkomhal beneden staan. Enerzijds omdat ik fan ben van foto's in sepia of zwart/wit. Ik vind dat deze soort foto's meer gevoel uitdrukken. Dit zorgde echter voor inspiratie om iets gelijkaardigs te doen in de klas (derde graad). Ik dacht er aan om de kinderen zelf een foto te laten nemen of een bestaande foto te geven. Hierbij dienen ze dan enkele woorden bij te schrijven.

Hieronder de inspirerende foto's van het Centraal Station:




vrijdag 16 januari 2015

Interview - observatie - acties

1. Interview
Bij het eerste bezoek aan mijn stageschool heb ik aangaande het schoolklimaat op muzisch vlak een interessant interview kunnen afnemen bij de mentor van het eerste leerjaar. Hieronder kan u een samenvatting vinden.

Vraag 1: Werken jullie veel aan muzische vorming?
Antwoord: Er wordt heel wat rond muzische vorming geïntegreerd in de klas én in de hele school.

Vraag2: Kan u enkele voorbeelden van muzische activiteiten geven?
Antwoord: Om de week zingen wij met heel de school (kleuter en lager onderwijs) in de turnzaal. Dit wordt begeleid door één van de juffen van het lager onderwijs en één meester die piano speelt. Verder hebben wij ook om de week onze muzische ateliers (enkel lager onderwijs) die doorgaan op vrijdagnamiddag. Deze houden in dat elke juf of meester één atelier stuurt. Een week op voorhand houden we hiervoor een keuzemoment in de turnzaal. Elke leerkracht stelt dan zijn atelier voor wat ze de volgende vrijdag gaan doen. De leerlingen krijgen dan de mogelijkheid om zich in te schrijven bij het atelier dat ze willen doen. Daarna kan de desbetreffende leerkracht de nodige informatie omtrent het gekozen atelier doorgeven aan de leerlingen die zich hebben ingeschreven. Een belangrijk aspect hiervan is, is dat alle vijf de domeinen van muzische vorming aangeboden worden: beeld, drama, zang, muzisch taalgebruik en beweging.

Vraag 3: Jullie zijn een ervaringsgericht basisschool, hanteren jullie een jaarplanning?
Antwoord: Wij hebben geen jaarplanning voor muzische vorming, net zoals bij (wat jullie noemen) wereldoriëntatie hebben wij wel enkele jaarlijkse vaste activiteiten die op het programma staan. Dit zijn, voorstellen van de klas, Halloween, Kerstmis, Carnaval, Pasen en de voorbereiding op het schoolfeest. Verder wordt er input gevraagd van de kinderen, dit uiteraard in overleg met de klasleerkracht.

Vraag 4: Doen jullie ook buitenschoolse muzische activiteiten?
Antwoord: Jazeker, één keer per maand gaan wij naar de Droomschool. Dit is een hele namiddag muzische vorming in de school van Kunst en Academie hier wat verderop. Tijdens deze namiddag krijgen de kinderen van daar begeleiders die hen meenemen voor een muzische activiteit te doen. Op heel de namiddag worden er drie activiteiten gedaan, verschillend van domein.

Vraag 5: Vind u dat de kinderen voldoende in aanraking komen met muzische vorming op school?
Antwoord: Ik denk dat wij ten opzichte van andere scholen heel veel doen aan muzische vorming. Dit is dan ook een van onze praalpaardjes van onze school.

Vraag 6: Wordt er veel tijd besteed aan muzische vorming in de klas?
Antwoord: Wij werken niet met de termen 'muzo' en 'wero', hiervoor gebruiken wij de naam 'project'. Drie namiddagen staan voor project per week. Daar de kinderen mee bepalen over wat en hoe ze willen leren, vult de leerkracht dit in naarmate wat er meer tijd nodig heeft. Uiteraard wordt er een richtlijn gebruikt per trimester.

Vraag 7: Vind u het werken aan muzische vorming belangrijk?
Antwoord: Ja zker, zo krijgen de kinderen verschillende kijken op kunst, muziek en eigen ontwerpen.

Vraag 8: Hoe wordt de leerlijn van muzische vorming uitgewerkt in de school?
Antwoord: Dit gebeurd op pedagogische studiedagen in overleg met alle leerkracht. Dit staat dan voornamelijk in het teken van de muzische ateliers, over wat we de kinderen gaan aanbieden.

Vraag 9: Hoe worden de ouders betrokken bij het muzische proces van de kinderen?
Antwoord: De ouders kunnen dit volgen aan de hand van filmpjes en foto's op de website maar ok een beetje tijdens de weekopeningen waarbij soms enkele werkjes getoond worden. Uiteraard nemen de kinderen hun werkjes ook mee naar huis.

Vraag 10: Hoe worden de muzische lessen geëvalueerd?
Antwoord: Dit gebeurt hoofdzakelijk door de leerkrachten.

2. Observatie:
Tijdens mijn observatie en stage in het eerste leerjaar was het opmerkelijk hoeveel deze school werkt rond muzo. Ik had de mogelijkheid om alle activiteiten mee te volgen die in het interview aan bod zijn gekomen, de ateliers, de Droomschool, de zang-namiddag.
Vooral de ateliers en de zang-namiddag hebben me enorm geboeid. De kinderen kijken naar deze momenten erg uit en het enthousiasme is dan ook zeer groot. Daar beiden activiteiten klasoverschrijdend zijn, leren de kinderen ook heel veel van elkaar. De jongere kinderen vragen uit eigen beweging hulp aan de oudere kinderen en vice versa. Bij de zang-namiddag viel het me wel meteen op dat de jonge kleutertjes dikwijls de teksten van de liedjes niet konden volgen. Ook het eerste leerjaar had soms moeilijkheden. Soms werden er afbeeldingen voorzien maar soms ook maar enkel de tekst. De kleuters en het eerste leerjaar gingen hierdoor de mist in.
Een ander punt dat mij opviel was dat er niet veel tentoongesteld wordt van de muzische projecten die in de klassen gebeuren. In de gangen en klassen kom je weinig tot bijna niets tegen van zogenaamde kunstwerkjes wat ik wel jammer vond.
De Droomschool was ook een aangename ervaring. Enkele scholen nemen hieraan deel. Toen ik mee ben gegaan, was dit voor het eerste en tweede leerjaar. Eerst werden de kinderen verwelkomt door de medewerkers van de Droomschool. Dit gebeurde door een klein toneeltje over spoken. Nadat dit beëindigd was, werden enkele kinderen uit de zaal genomen om mee te werken aan het toneeltje. Hierbij kregen de kinderen de mogelijkheid om iets uit te beelden, geluiden te maken of muziek te maken. Na deze 'opwarming' gingen de klassen apart mee met één begeleider. Ik ben meegegaan met de kinderen van het eerste leerjaar.
De eerste activiteit wat de kinderen kregen was muzisch taalgebruik in combinatie met beweging. Hierbij werd er eest een verhaal vertelt waarbij de kinderen dit moesten uitbeelden. Daarna konden ze per drie of vier een voorwerp uit een zak kiezen en dienden ze daarrond een verhaaltje te maken met als onderwerp 'bang en donker'. Daarna werden deze voorgesteld aan elkaar.
De volgende activiteit was gebaseerd op muziek. De begeleider liet een stukje muziek horen en vroeg de bedenkingen van de kinderen. Daarna was het aan de kinderen om zelf zo een stukje in elkaar te steken. We oefenden eerst met het woordje 'bonk' dat op verschillende tonen en lengtes dienden uitgevoerd te worden. We zaten in drie rijen. Drie van de mogelijkheden dat we hadden gehoord voor 'bonk' werden uitgekozen door de begeleider. Dan was het de bedoeling dat de eerste rij zijn 'bonk' herhalend sprak, de tweede rij een andere 'bonk' en ook de derde rij nog een andere 'bonk'. Hierdoor kregen we een 'muziekstukje'. Zo is hier verder nog gedifferentieerd met andere woorden en geluiden.
De laatste activiteit was voor beweging. Op de grond lagen placemats en elk kind diende op één te gaan staan. De begeleider zette muziek aan en de kinderen mochten vrij bewegen maar wel op hun placemats. Hierop zijn nog enkele variaties gedaan. Daarna vertelde de begeleider een klein verhaaltje over ene heks. Ze had een doos bij haar staan en daarin staken voorwerpen. Aan elk voorwerp was een beweging gekoppeld dat dan op muziek werd uitgevoerd door de leerlingen. Als laatste onderdeel werd de klas gesplitst in vijf groepjes. Per groepje dienden de kinderen dan in een rij achter elkaar te lopen en de eerste besliste hoe ze bewegend door de ruimte gingen. Dit werd ondersteund door muziek en als deze stopte, moesten de kinderen van 'leider' wisselen en moest de nieuwe leider het rijtje bewegend door de ruimte vervoeren.



3. Mogelijke acties:
1. Meer uitstallen
Er wordt zoveel gedaan in deze school aangaande muzo maar er wordt relatief weinig uitgestald. Daarom zou ik er zeker voor opteren om hiervoor meer ruimte maken. In de klas kan je opteren voor een lange 'wasslijn' waaraan werkjes komen te hangen. In de gangen kunnen dan weer andere mooie kunstwerken ten toon gezet worden boven de kapstokken.

2. Ouders
De ouders worden reeds veel betrokken bij het schoolgebeuren. Zoals elke maandag is er de opening van de week waarbij gedane activiteiten per klas van heel de school worden voorgesteld. hierbij mogen de ouders, grootouders,... aanwezig zijn. Daar er zoveel tijdens de ateliers wordt gemaakt, zou er nog geopteerd kunnen worden om één keer per maand deze mooie werkjes voor te stellen aan de ouders, niet enkel de mooiste, maar allemaal. ook de toneeltjes en zang kunnen hierbij zeker aan bod komen.

Besluit:
De school doet heel veel aan muzische vorming en tracht steeds betere en verwonderlijke projecten uit te werken. Ze bieden heel wat afwisselende projecten aan aan de kinderen. Het muzische staat duidelijk mee in de kern van de visie van de school.

Gedichtenpad - Derde graad

Hieronder kan je een gedichtenpad vinden uitgewerkt voor de derde graad Lager Onderwijs.

1. Vertrektijden

uit Pannetje van papier, B. Rompa

Vertrektijden

Ik zie op eht perron
twee mensen lekker kussen.
Er klinkt een schril gefluit.
Dat zit er even tussen.

Het is de conducteur.
Hij kijkt op de seconde.
Het resultaat: twee
openstaande monden.

Was ik een conducteur,
ik lette niet op tijden.
Zijn mensen uitgekust,
dan gaat mijn trein pas rijden.

Locatie: Treinsporen Sint-Niklaas nabij de school

Muzische verwerking: De leerkracht start eerst een kort kringgesprek op over wat het gedicht juist gaat (tijd hebben om afscheid te nemen). Daarna geeft de leerkracht de opdracht om per drie het gedicht in stilte en zonder praten uit te beelden op straat zodat er een mooi stil drama wordt uitgebeeld.

2. Brand

uit Ik ben op jou!, M. van Hooft

Brand

Het is drie uur,
je les is uit,
daar loop je door de gang.
ik sta en kijk
en voel hoe warm
de blos groeit op mijn wang.
Je loopt voorbij.
Je ziet me niet.
Je sjaal raakt net mijn hand.
het vriest min zes.
ijskoud! Het sneeuwt!
Maar ik,
ik sta in brand.

Locatie: brandweerkazerne nabij de school

Muzische verwerking: De leerkracht vraagt aan de kinderen of ze zo'n gevoelens zelf al eens hebben gehad. Daarna krijgen ze de opdracht om hun ogen te sluiten en zich in dezelfde situatie te zetten dan het gedicht. het gedicht wordt nogmaals voorgelezen en de kinderen dienen dit naar hun eigen gevoelens uit te beelden. Het doel is hier dat ze zich durven laten gaan, niemand kan hen zien want iedereen heeft zijn ogen gesloten.

3. Winternacht

uit Een puit met hete pootjes, G. Gezelle

Winternacht

Hoe zwart staan al de bomen in
de witheid, onverwacht,
van 't overdadig sneeuwen, dat 't
gedaan heeft, van de nacht!

Ze staan daar, als gekoolzwart en
met tekenen geprent,*                                                          (*gedrukt)
al zwarte en zware staven*, op                                            (*letters)
een eindeloos perkament.


Ze roeren noch ze poeren* en,                                             (*porren)
bij 't nachtelijk gestraal*                                                      (*licht van de maan)
men zweren zou dat 't spoken zijn,
of reuzen allemaal.

De sterren staan en bliksemen*,                                          (*staan te bliksemen)
als ogen, ongeteld,
van boven, uit de koppen van
die reuzen vol geweld.

Ze groeien immer groter, en
de witheid van de sneeuw
verzwaart de zwarte stammen. Zich!*                                (*zie)
van een zo wordt er twee!

'k versta nu hoe van drollen*, gij,                                       (*kobolden)
en droezen* hebt gedroomd,                                               (*duivels)
wanneer ge, noorse heidenen,
verkeerde in 't geboomt.

bij 't razen van de winter en
bij 't nijpen van de nacht,
is de oude, grimme reuzenzegge*                                      (*grimmigereuzenmythe)
ontstaan in uw gedacht.

Locatie: onder het afdak aan de schoolpoort (hangt een groot krijtbord!)

Muzische verwerking: Eerst en vooral is het nodig om de woorden met * nader te verklaren aan de kinderen. Ze kunnen dit eerst zelf proberen te achterhalen door de context te linken aan deze woorden. Daarna kan er kort worden ingegaan op het taalgebruik van dit gedicht (niet zoals de andere gedichten). Vervolgens is het om het gevoel bij dit gedicht te achterhalen. Elke leerling krijgt dan een krijtje en dient zijn gevoelens bij dit gedicht te tekenen op het bord. Achteraf kan er een korte bespreking volgen.

4. Nee mama, nu even niet. (Didi van der Burg)

uit Straks zuig je de sterren op, zn

Nee mama, nu even niet

Nee mama, nu even niet.
Zou je me even niet kunnen storen?
Ik ben aan het lezen, zoals je ziet.
En heb geen zin om gezeur aan te horen.

Zoals:'je moet je tanden nog poetsen.'
ik begin hard te hoesten.
En doe net of ik niets heb gehoord.
In het boek wordt bijna iemand vermoord.

Nee mama, nu even niet.
Zou je even op kunnen houden?
Ik ben aan het lezen zoals je ziet.
Over diepe dalen en rustige wouden.

Waar je stil onder bomen kunt zitten.
En tussen de fleurige bloemen kunt pitten.
En waar mussen vliegen en mezen.
En je rustig je boek uit kunt lezen.

Locatie: hangmatten op de speelplaats

Muzische verwerking: Een kort gesprek bij dit gedicht dat we wellicht ons allemaal wel al eens zo hebben gevoeld. De opdracht is als volgt: de leerlingen zetten zich per twee en maken een klein toneeltje analoog aan het gedicht. Het moeten niet de woorden zijn van het gedicht maar moet er wel duidelijk aan gelinkt zijn. De kinderen kunnen daarna hun dialoog uitvoeren (uiteraard met gebruik te maken van de hangmatten).

5. Mooi is de titel

uit Ik schrijf, ik schrijf wat jij niet schrijft, zn

Mooi is de titel

Ik schrijf, ik schrijf
over komma's en punten,
alles wat ik zie
gaat door mijn hoofd
woorden
letters
als een boek

Ik schrijf, ik schrijf
ik schrijf fantasie
met balpen, vulpen
een boek van fantasie.

Zinnen met potlood
en pen, potloodzinnen
zoveel teksten:

Ik schrijf, ik schrijf
alles wat ik zie.

Locatie: kopieerlokaal

Muzische verwerking: Het is aan de kinderen om een potlood te nemen (staat klaar) en een blad papier. Daarop schrijven ze individueel wat ze allemaal zien, woorden, zinnen,... maar geen tekst. Daarna kan er vergeleken worden wat de ene wel ziet en de andere niet.

6. Zie je ik hou van je

uit www.poezieweek.com/school, H. Gorter

Zie je ik hou van je

Zie je ik hou van je, Ik vin je zoo lief en
zoo licht - je oogen zijn zoo vol licht.
Ik hou van je, ik hou van je.

En je neus en je mond en je haar en
je oogen en je hals waar je kraagje zit
en je oor met je haar er voor.

Zie je ik wou graag zijn jou, maar het kan
 niet zijn, het licht is om je, je bent nu
toch wat je eenmaal bent.

O ja, ik hou van je,
ik hou zoo vrees’lijk veel van je,
ik wou het helemaal zeggen – maar ik kan het toch niet zeggen.

Locatie: grote hal

Muzische verwerking: De kinderen moeten iemand in gedachten nemen waarvan ze heel veel houden. Ze krijgen een wit blad papier en houtskool. Het is de bedoeling dat ze de persoon die ze voor ogen hebben met hun ogen dicht! tekenen op het blad papier. We zijn nieuwsgierig naar de creaties! Daarna kunnen de werkjes toegelicht worden.

7. NU

uit www.poezieweek/com/school, B. Moeyaert

NU

Ik adem niet, ik zing.
zelfs als ik zucht,
klinkt het per ongeluk
alsof ik een paar noten neurie
die me vannacht, terwijl ik sliep,
zijn voorgezongen.
 
Het is alsof de lucht mijn deken is
en ik mijn hoofd het liefst te rusten leg
op het kussen van mijn longen,
de plek waar ik mijn hartslag hoor
in vierkwartsmaat: dat ik besta, dat ik besta.
 
Locatie: speelplaats (open lucht)
 
Muzische verwerking: Maak een rapliedje! Dit gedicht kan men ombouwen naar een rapversie. Het is aan de kinderen om dit te doen. Voorbeelden van rap kun je eventueel laten horen via een tablet als de school daar over beschikt. De kinderen werken in groepjes aan deze opdracht. Na ongeveer vijf minuutjes worden de rapliedjes voorgesteld aan elkaar.
 
8. Ik ben zo lenig door de warte
 
uit www.poezieweek.com/school, S. vand er Geest
Ik ben zo lenig door de warte...
Ik ben zo lenig door de warte
eh zo warrig door de lente
Ben in de bladerbloesemwar
de kiezelende stralenwar de gniechelende stikkewar
de stommestillestarenwar
Ik bloos me alle kleuren
spruttel woorden uit mijn mond
Ze strikkelen mijn lippen over
donken languit op de grond
Ik warrel en ik zwarrel maar ik krabbel wel een brief
Zo hardop zeggen lukt me niet ik vind je veel te lief
 
Locatie: turnzaal (grote ruimte waar ze elkaar niet kunnen storen)
 
Muzische verwerking: De leerkracht houdt een kort gesprek waarover dit gedicht gaat (in de war door verliefd te zijn). Hierbij wordt er ook gevraagd hoe de kinderen zich zouden gedragen als ze in de war zijn. Daarna worden de woorden met 'war' uit het gedicht gehaald (tijdens een tweede maal voorlezen). Vier kinderen worden apart genomen en dienen de woorden met 'war' uit te beelden voor de klasgenoten die op hun beurt moeten raden over welk woord het nu weer ging. Als afsluiter kan je de kinderen de laatste zin op een verlegen manier laten zeggen. Hierbij komen verschillende mogelijkheden van het uitdrukken van verlegen zijn aan bod.
 





Inspiratie 1 - practica hogeschool

Tijdens enkele practica van de hogeschool is in de loop van de opleiding mijn inspiratie aangewakkerd.

1. Beeld
Voor beeld hebben we onder andere een practica gehad waarbij we een collage moesten maken. We moesten aan de hand van een verhaal een bijpassende collage maken. Dit is zeker iets wat ook op school kan uitgevoerd worden.




Een ander practica van beeld was aangaande druktechnieken. Zelf had ik heir nog maar weinig over gehoord en vond het dan ook zeer leerrijk. De creaties die eruit kwamen zorgden voor veel inspiratie en ongeduld om uit te voeren met kinderen. Tot op heden is dit er spijtig genoeg nog niet van gekomen.

2. Muziek
Tijdens een practicum van muziek, moesten we een eigen melodie componeren in groepjes. Dit gebeurde uiteraard met bijhorende instrumenten. We zaten per vier in een groepje en elk van ons had een melodie, dit werd dan aangepast aan elkaar zodat dit een mooi geheel werd. Het eerste instrument was de basis van het geheel. Dit was zeker een bron van inspiratie om zelf uit te voeren in de klas.

Verschillende methodieken om te evalueren

Evaluatiekoffer:
Hieronder staan enkele methodieken die men kan gebruiken om het muzisch proces, het product en/of de beleving op een speelse en aangename manier te evalueren.
Ik heb al deze methodieken gekozen met een persoonlijk oog om het evalueren op een aangename manier te laten verlopen.


1. MUZOBOEK
Ik heb voor deze methodiek gekozen daar de kinderen zo zelf een beeld kunnen krijgen van hun muzisch proces en altijd terug kunnen gaan kijken van wat ze al hebben gedaan voor muzo.
 
 
Hoe: In het begin van het schooljaar krijgt elke leerling een schrift/boek dat  ze zelf mogen versieren. Na elke muzoactiviteit krijgen de leerlingen   tijd om hun indrukken, gevoelens, belevingen, ervaringen, … te noteren, te tekenen, te plakken, … in dat boek.

Wat:  muzoboek per kind

Doel: zelfevaluatie, evalueren van proces, product, beleving.

Doelgroep: vanaf eerste leerjaar is dit bruikbaar mits goede begeleiding.

Bronnen: http://muzojufsanne.blogspot.be/2013/09/muzoboeken.html


2. KLEURENWAAIER
Ik heb voor deze methodiek gekozen omdat dit een aangename manier is om zichzelf te evalueren. De kinderen kunnen zo ook een gevoel koppelen aan, in dit geval, een kleur.

Hoe: Elke leerling krijgt een waaier met kleuren. Afhankelijk van de vraag van de leerkracht kiezen de leerlingen een kleur die bij hun gevoel past. Nadien wordt ook besproken waarom ze deze kleur gekozen hebben.

Wat: zelfevaluatie, waaier met verschillende kleuren

Doel: evalueren van product en/of proces.


Doelgroep: alle leeftijden, voor in de eerste graad kan het aanbod van de kleuren best beperkt worden tot vier of vijf maximaal.

Bron: www.speelplaats.org/wp-content/.../muzische-vorming-speelplaats.doc‎

3. VOEDSELWAAIER
Ik heb voor deze methodiek gekozen omdat dit nog meer opties kan geven dan de kleurenwaaier. Vooral in een derde graad kan hiermee dieper ingegaan worden op de zelfevaluatie.

Hoe: Elke leerling krijgt een waaier met voedsel. Afhankelijk van de vraag van de leerkracht kiezen de leerlingen een gerecht dat bij hun gevoel past. Nadien wordt ook besproken waarom ze dit gerecht gekozen hebben. Dit is zo goed als … Dit smaakt zoals …: spruiten - slagroom - frieten - pizza - taart - chocolade - banaan …



Wat: zelfevaluatie, waaier met voedsel

Doel: evalueren van product en/of proces.
Doelgroep: alle leeftijden, met oog op mindere keuzemogelijkheden voor de eerste graad en meer diepgang van de verwoording in een derde graad.

Bron: www.speelplaats.org/wp-content/.../muzische-vorming-speelplaats.doc‎


4. LANDSCHAPPEN
Ik heb voor deze methodiek gekozen omdat dit een heel andere manier van evalueren is dan men gewend is. Het is tevens ook een combinatie met wero. Zo krijgen de kinderen de mogelijkheid om een landschap te koppelen aan een muzische activiteit.

Hoe: hang verschillende foto’s van landschappen aan bord. De kinderen kiezen een foto die voor hen best past bij de activiteit en ze verwoorden ook waarom.
 “Deze activiteit was voor mij als de foto van …”
• bergen
• bossen
• weiland
• stromende beek, een rustige rivier
“omdat … “

Wat: foto’s van landschappen


Doel: zelfevaluatie, evalueren van product, proces, beleving

Doelgroep: vanaf tweede graad, in een eerste graad is dit ook mogelijk mits beperking van het aanbod van de landschappen en met sterke begeleiding tijdens en voor de verwoording.

Bron: www.speelplaats.org/wp-content/.../muzische-vorming-speelplaats.doc‎

5. RECLAMESPOT
Ik heb voor deze methodiek gekozen daar dit de kinderen ook uitdaagt om op een actieve en speelse manier zichzelf of anderen te 'promoten' en te evalueren. Het is wel het meest geschikt voor de derde graad daar deze toepassing ook pas dan voorkomt bij de lessen van taal.

Hoe: De kinderen maken een reclamespot om eigen creatief werk of dat van klasgenootjes te verkopen. Daarin prijzen ze de kwaliteiten van het werk en van de kunstenaar. Daarna volgt een uitzending van de spots. Dan mag iedereen op de spot reageren.

Wat: microfoon

Doel: elkaar evalueren, evalueren van proces, product, beleving


Doelgroep: derde graad.

Bron: https://sites.google.com/site/pedicinesvandoorne/onderwerpen/evaluatie

6. GEEF EEN PLUIM
Ik heb voor deze methodiek gekozen omdat een pluim geven of krijgen een oude uitdrukking is, die volgens mij ook eens werkelijk mag uitgevoerd worden.

Hoe: De leerlingen zitten in een kring en krijgen elk een pluim van de leerkracht. De leerlingen mogen één voor één deze pluim aan iemand geven. Vervolgens verantwoorden ze waarom ze deze pluim aan die bepaalde leerling hebben gegeven.

Wat: één pluim per leerling

Doel: elkaar evalueren, evalueren van het product.


Doelgroep: eerste en tweede graad

Bron: www.speelplaats.org/wp-content/.../muzische-vorming-speelplaats.doc‎


7. STRANDBAL
Ik heb voor deze methodiek gekozen om op een totaal andere manier een muzisch proces/beleving/zelfevaluatie te beoordelen. Het is een echte speelse manier die uitnodigt om te evalueren.

Hoe: De leerlingen zitten in een kring. De strandbal wordt naar elkaar gegooid. wanneer een leerling de strandbal vangt, leest hij/ zij de zin voor die bovenaan op de strandbal staat en vult de zin aan. Nadat de leerling heeft geantwoord, gooit hij of zij de bal weer naar iemand anders. Strandbal, op de bal staat:
- deze les vond ik .....
-het leukste was.....
-het moeilijkste was.....
-vandaag leerde ik.....
-wat me van deze les bijblijft is....
-wat zou ik anders doen de volgende les....
- wat neem ik mee naar de volgende les....

Wat: strandbal

Doelgroep: tweede en derde graad, in een eerste graad kan er eventueel met kleuren of figuurtjes gebruik gemaakt worden die op de bal worden gekleefd in plaats van de zinnen.

Doel: evalueren van beleving, proces.

Bron: https://www.pinterest.com/de3916/evaluatiekoffer-muzo/


8. Vuilnisbak - reiskoffer - schatkist
Ik heb voor deze methodiek gekozen om de leerlingen zich heel bewust te kunnen laten worden van wat ze van de les geleerd hebben.

Hoe: Elke leerling krijgt 3 papiertjes. Op het eerste papiertje schrijf je iets wat tegengevallen is en je zo snel mogelijk wilt vergeten. Dit papiertje belandt dan in de vuilniszak.
Op het tweede papiertje schrijf je iets wat je bijgeleerd hebt en wat je wil meedragen. Dit gaat in de reiskoffer.
Op het derde papiertje schrijf je iets wat je altijd zal koesteren en dat gaat acht slot en grendel in de schatkist.

Wat: vuilnisbak, reiskoffer, schatkist, drie papiertjes per leerling

Doel: evalueren van proces, beleving.

Doelgroep: tweede en derde graad.

Bron: https://sites.google.com/site/pedicinesvandoorne/onderwerpen/evaluatie

9. Smileys
Ik heb voor deze methodiek gekozen daar dit een albekende en nog steeds aangename manier van evalueren is bij kinderen, vooral in de lagere graden dan. De smileys kunnen dan ook het gevoel goed weergeven van hoe de kinderen zich bij een muzische activiteit voelen.

Hoe: Elke leerling krijgt van elke soort smiley één exemplaar. Ze steken de smiley naar boven die bij hen past voor ze aan de opdracht begonnen en één die past nadat ze de opdracht hadden gedaan. Hierbij wordt er overlopen waarom ze die smiley hebben gekozen.Hierin kan je nog differentiëren door het anoniem te laten verlopen en de smileys in enveloppen te laten steken (voor en na), bij deze evaluatie kan er dan wel gaan verantwoording meer gedaan worden.


Wat: verschillende smiley's

Doel: evalueren van product, beleving en proces.

Doelgroep: alle leeftijden, bij de eerste graad beperken tot drie smiley's (vrolijk, verdrietig, gewoon)

Bron: http://katrijnbulens.blogspot.be/p/blog-page.html

10. Blind evalueren (zelf)
Ik heb voor deze methodiek gekozen om de evaluatie zonder 'voorbestemden' te laten verlopen. Meestal zijn het de kinderen zelf die kiezen over wie ze evalueren (meestal hun beste vriendjes) of de leerkracht kiest uit. Op deze manier heeft niemand dit in de hand en dienen ze voor willekeurig anderen te evalueren.

Hoe: De leerlingen gaan in een kring staan en er staat één leerling in het midden met een pijl. Als de muziek wordt gestart, stappen de leerlingen in de cirkel rond de leerling in het midden. Als de muziek stopt, moet de leerling in het midden zijn mening geven over het product van de leerling die hij met de pijl aanwijst. Degene die is aangewezen staat als volgende in het midden.

Wat: pijl en blinddoek

Doel: evalueren van product

Doelgroep: alle leeftijden, bij de derde graad kan er dieper op ingegaan worden (waarom? wat kan beter? hoe zou ik het doen?)

11. Klavertje vier (zelf)
Ik heb voor deze methodiek gekozen omdat ik dit een aangename figuur vind en je kan hier ook voldoende mee differentiëren in alle graden.

Hoe: de kinderen krijgen elk een klavertje vier. Hierop staat er op de blaadjes: Wat vond je leuk? Wat vond je niet leuk? Wat heb ik onthouden? Wat kan beter volgende keer? Op de achterzijde is het aan de kinderen om hun antwoorden te schrijven.

Wat: klavertje vier

Doel: evalueren van product, beleving, proces

Doelgroep: tweede en derde graad, in de derde graad kunnen er diepzinnigere vragen op geplaatst worden. Indien gewenst kan met dit ook in de eerste graad gewerkt worden maar dan kan je de zinnen eventueel vervangen door afbeeldingen die een gevoel uitdrukken. In een eerste graad kan je dit ook beter laten verwoorden daar de schrijftaal nog niet zo uitgebreid is.





Muzodag ervaring

Door een vergissing is deze dag helaas niet kunnen doorgaan.

Slotreflectie


Doelen waaraan ik heb gewerkt:

* beseffen en aanvaarden dat de smaak en de stijl van mensen verschilt
Iedereen heeft een andere stijl en smaak, daarom is het belangrijk dat je openstaat voor verschillende smaken en stijlen. Toen ik nog heel klein was, telde enkel mijn eigen smaak en stijl. Ondertussen ben ik op dit gebied veel wijzer geworden. Ik besef, aanvaard en respecteer dat mensen een verschillende smaak en mening hebben. Ik probeer hier tijdens mijn lessen ook voldoende op in te spelen.

Ik vind het belangrijk dat verschillende muzische domeinen aan bod komen in de lagere school. Bij een stage leer je de leerlingen na enkele dagen beter kennen. Sommige vinden muziek leuk en andere houden meer van drama. Om alle leerlingen te prikkelen en te motiveren maak in mijn lessen gebruik van de verschillende muzische domeinen. Tijdens de les vraag ik ook de mening van kinderen over een bepaald thema, de kinderen hebben vaak een verschillende kijk op een eenzelfde thema. Ik vind het zeer interessant om hierop in te spelen en om de mening van de kinderen hierover te horen. Ik probeer de kinderen al aan te leren dat ze de verschillende smaken van elkaar moeten aanvaarden en er respect voor moeten opbrengen.


* de leefwereld van kinderen op een muzische wijze benaderen

Tijdens mijn stage probeer ik de leerlingen zoveel mogelijk te betrekken bij de verschillende muzische domeinen. Ik hou rekening met het onderwerp en zorg ervoor dat het aansluit bij de leefwereld van de leerlingen. Ik observeer zeer goed omdat ik het belangrijk vind om te weten wat de leerlingen graag doen/ minder graag doen, wat ze goed kunnen en wat ze minder goed kunnen.

*het vermogen ontwikkelen om kritisch te reflecteren over het eigen muzisch handelen en dat van anderen, en dat evalueren in een genuanceerde taal

Over mijn eigen muzisch handelen kan ik goed reflecteren, ik probeer mijn handelen altijd met een kritische blik te bekijken. Gedurende mijn stage periodes evalueer ik constant mijn eigen muzisch handelen. De tips die ik van andere mensen krijg tijdens mijn stage, neem ik altijd ter harte. Ik zie deze tips als een extra steun en zeker niet als kritiek.

* Openstaan voor het muzische en al onze zintuigen gebruiken om muzische ervaringen nog intenser te beleven
Dit is een doel waarin ik al zeer sterk gegroeid ben tijdens de opleiding lager onderwijs. Ik heb geleerd dat we onze zintuigen moeten gebruiken om alle prikkels rondom ons goed waar te nemen. Zowel door te kijken, te ruiken, te horen, te voelen en te proeven ontdekken we heel wat dingen rondom ons. Ik denk dat ieder kind daar trouwens heel sterk in is. Elk kind ontdekt allerlei dingen rondom zich door middel van alle zintuigen die het bezit. Maar naarmate we groter en ouder worden, worden we afgeremd om dit te doen. We leren dan om meer ons verstand te gebruiken in plaats van af te gaan op wat we zelf voelen, zien, horen, proeven, ruiken... En dat vind ik niet goed. Ik vind het belangrijk om kinderen te motiveren in het gebruiken van hun zintuigen om hen zo allerlei dingen te laten ontdekken.

* Totale groei:

Ik herinner me nog heel goed in het begin van deze opleiding dat ik me voor ogen had dat muzische vorming enkel 'knutselen' bevat (ik denk dat de lectoren hier niet mee opgetogen zullen zijn). Toen ik redelijk snel besefte dat dit niet zo was, kroop ik in een schelp. Ik was als het ware bijna 'bang' van muzo. Het eerste jaar was dan ook een zwaar jaar voor mij. Vanaf het tweede jaar heb ik eindelijk mezelf durven openstellen voor een muzische groei. Persoonlijk vind ik dat ik al erg goed gegroeid ben. Dankzij een workshop (van Marian Lesage) heb ik de knop kunnen omdraaien. Sindsdien sta ik niet meer teveel stil bij wat ik wil doen, maar doe ik het gewoon. Ik heb hieruit geleerd dat muzische vorming een proces is van doen met vallen en opstaan. Ik voel mezelf nog wel altijd een beetje onzeker, zoals bij het gedichtenpad, maar als ik dan snel doorheb dat de kinderen enthousiast zijn, word ook ik enthousiaster en geeft het me meer dan een voldoening dat ik het goed heb uitgevoerd. Het is ook belangrijk om kinderen op verschillende manieren in contact te brengen met muzische vorming. Mijn stageschool doet veel aan muzische activiteiten waardoor er weer een nieuwe wereld is open gegaan voor mij. Een wereld waarin nog veel te beleven en te ontdekken valt.

Toch heb ik me al kunnen versterken in enkele punten zoals timing bij muzolessen, het is niet evident om altijd de tijd goed in te kunnen schatten op voorhand. Tijdens lessen waarbij veel materiaal zoals schildergerief of werken met klei (stage vijfde leerjaar) is het aangeraden om op tijd te bgeinnen met opruimen. Voor deze lessen heb ik al ondervonden dat 50' te kort zijn en je beter meer tijd neemt om ook tot mooie resultaten te komen. Dit lukt naarmate de ervaringen meer en meer. Een ander zwak punt dat ik al heb kunnen versterken, is de kinderen voorzien van genoeg uitdagingen. Mijn eigen breekpunt lag hier vooral bij het domein drama, toch kan ik stellen dat ik hierin zelf al heel hard ben gegroeid wat zich niet alleen in de muzolessen laat zien maar ook de expressie in andere vakken is hierdoor sterk gegroeid.

Ik voel van mezelf dat ik mijn limiet nog niet heb bereikt maar dan vraag ik me af 'is er wel een limiet bij een muzisch project?' Ik denk dat ik me nog veel zal kunnen verrijken in de komende maanden van de opleiding maar ook zeker nog in de komende jaren. Ik ben in ieder geval van plan om deze koers aan te houden en me te blijven verdiepen in muzische vorming, zowel op leerlingenniveau als op volwassenniveau.